Blog Krischan Hagedoorn: Met zijn zessen liepen we de stille tocht……
Dit jaar ben ik voor het eerst naar de dodenherdenking in onze Gemeente geweest. De jaren hiervoor herdachten wij elders of bekeek ik de herdenking op TV omdat ik degene was die thuis op de kinderen paste terwijl mijn vrouw de oudsten meenam naar de herdenking.
Vooraf bespraken we met de kinderen wat we op 4 mei herdenken en wat herdenken eigenlijk is. Dit jaar deden we dat door de oorlogsverhalen te vertellen van onze eigen families. Deze verhalen maken duidelijk hoe wijd verbreid de ellende van de oorlog was. We vertelden over mijn gefusilleerde oom, een opa die onderdook om aan arbeidseinsatz te ontkomen, familieleden die omkwamen in de kampen en een oom die werkte aan de dodenspoorlijn op Sumatra.
En daarnaast het verhaal van de overlevenden, de meerderheid, van zij die niets deden, zij die niet in verzet kwamen omdat zij niet durfden of konden. Ik sprak uit dat ik mij afvroeg of ik zelf in verzet zou komen als ik in de situatie van mijn familieleden zou komen. Wat staat je te doen als vader van vier jonge kinderen….
Met zijn zessen liepen we de stille tocht en luisterden naar de toespraak van onze burgemeester Arjen Gerritsen. Van mijn vrouw had ik al eerder gehoord dat zijn herdenkingstoespraken mooi zijn, eerder had ik zijn befaamde hoofddoekjes-toespraak (2011) teruggelezen, deze is mij uit het hart gegrepen. Ook dit jaar hield onze burgervader een gloedvol betoog, het belangrijkste deel wil ik u niet onthouden:
“Herdenken is ook (misschien moeten we zeggen: herdenken is voorál) om je heen kijken in het heden. En vooruitblikken naar de toekomst.
Het geweld en de onderdrukking van de Tweede Wereldoorlog vond zijn oorsprong in een niet weersproken prediking van haat en ongelijkwaardigheid. Die vond een vruchtbare bodem in de angst en de onzekerheid van mensen. Haat en ongelijkwaardigheid konden groeien omdat mensen geleerd werd een hekel te hebben aan alles wat vreemd en onbekend was. De gevolgen waren oogluikend toegestaan geweld, discriminatie van wie anders was en vervolging van diegenen die zich daartegen uitspraken. Voor mannen, vrouwen en kinderen die dat alles wilden ontvluchten gingen de grenzen van andere landen op slot. Alles wat daarna kwam is bekend.
Maar onderdrukking, wreedheid, het verstoten, opsluiten en doden van wie anders zijn, het uitsluiten van hele groepen van medemensen, is niet alleen iets uit een verleden. Het is van alledag en het is overal. En elke keer dat wij het zien of er van horen moet ons herinneren aan wat tientallen miljoenen mensen, die wij vandaag herdenken, is overkomen als gevolg van in wezen hetzelfde onrecht. Misschien zien we het in een verschijning die ons eigenlijk wel aanspreekt. Misschien zijn het woorden waarvan we denken dat het goed is dat iemand het zo eens zegt. Misschien doet of zegt iemand iets waarbij we denken ‘Ja, als je dat zegt of dat doet, dan vráág je om problemen.’ De gevolgen van die manieren van denken zijn verraderlijk. Het zijn de eerste geluiden die de wedergeboorte van de ónvrijheid aankondigen. Trap er niet in! Meedeinen op onverdraagzame woorden of een soort ‘begrip’ ervoor hebben dat je onheil over je heen haalt als je iets zegt of schrijft, leggen het fundament van de onderdrukking van eerst een ander en uiteindelijk, wees ervan overtuigd, van jezelf.
We moeten het ermee oneens durven zijn als deze gedachten de ronde doen. We moeten vertellen en laten zien dat mensen vrij moeten kunnen zijn. Vrij in wat ze denken of geloven, in hoe ze leven en werken, in wat ze zeggen of schrijven. Vrijheid vermenigvuldigt als je het doorgeeft. Als je ook anderen vrij laat zijn. Dat vraagt dat we anderen kansen geven op geluk en ontwikkeling, dat we andermans armoede bestrijden, dat we jongeren goed onderwijs geven en ze voorzien van de juiste bagage om een steeds complexere wereld aan te kunnen en dat we herbergzaam zijn voor wie op de vlucht voor geweld en onrecht bij ons aanklopt. Het vraagt dat we, hoe zwaar ook de vraagstukken en hoe zorgelijk ook de situatie, het goede blijven doen en ons het lot van diegenen die het slechter hebben dan wij in woord en daad aantrekken. Dat is een moeilijke klus, dat valt niet te ontkennen. Maar de blik op het duistere verleden die deze herdenking ons biedt kan ons meer dan voldoende overtuigen van wat ons ook 71 jaar na de oorlog nog steeds te doen staat.”
Na de laatste woorden van onze burgemeester wist ik het antwoord op de moeilijke vraag die ik mijzelf in het bijzin van mijn kinderen stelde opeens wel en ook heel zeker; ja, ik kom in verzet, en wel nu, door onverdraagzaamheid niet te tolereren. Want deze onverdraagzaamheid zal uiteindelijk onszelf en alles wat ons lief is te gronde richten.
Krischan Hagedoorn
Fractievoorzitter PvdA
Gemeente De Bilt
Lees hier de gehele toespraak van Arjen Gerritsen en hier de eerdere blogs van Krischan Hagedoorn